ledger 01 openingsfoto
Een ledger art-tekening uit 1884 van Lakota-artiest Red Dog ter ere van de moed van een krijger genaamd Low Dog. Bron: Wikimedia Commons, publiek domein.

Ledger Art

Door Anja van der Burgt-Disco

In het artikel over de Arapaho in deze Kiva wordt gesproken over ledger art. Maar wat is Ledger art precies?

De Prairie Indianen gebruikten tekeningen en schilderingen om iets te vertellen. Eerst op dierenhuiden, later op papier. Het meest gebruikte papier kwam van grootboeken die bij de boekhouding werden gebruikt, de zogenaamde ledger books. Hier is de term ledger art van afgeleid.

Bij de prairievolken werden van dierenhuiden (vooral van de bizon) naast kleding allerhande gebruiksvoorwerpen gemaakt. Denk hierbij aan tipi’s, parfleches, schilden en drums. De vrouwen beschilderden de huiden met abstracte en geometrische figuren, terwijl de mannen tekeningen maakten uit het dagelijks leven. Het verhaal dat zo ontstond vertelde over de jacht, de moed en de strijd. Onnodige details en achtergronden werden weggelaten. Het was niet alleen een kunstuiting. Het was een communicatiemiddel voor dat moment, maar ook naar de toekomst toe, zodat toekomstige generaties wisten wat er allemaal was gebeurd.

Aan deze traditionele verhalende schilderkunst kwam een eind toen de bizon verdween uit het dagelijks leven van de Prairie Indianen.

ledger 1 bizonhuid
Beschilderde bizonhuid uit de vroege 19e eeuw, waarschijnlijk Mandan of Crow. Bron: Wikimedia Commons, publiek domein. Reading Public Museum.

Rond 1860 kwam wel steeds meer papier in omloop. O.a. door handelaren en overheidsagenten kwamen er genoeg grootboeken (ledger books) en ander papier beschikbaar.

Ook kwamen er nieuwe teken- en schildersbenodigdheden. De botten, houtnaalden en natuurlijke verfstoffen werden voor een groot deel vervangen door potloden en penselen, inkt en waterverf. Met de nieuwe gereedschappen was het mogelijk meer details te tekenen.

De ledger art die nu was ontstaan, zette de traditionele schilderkunst voort en floreerde allereerst tussen 1860 en 1920. Vooral de manier van leven voor de reservaattijd werd aan het papier toevertrouwd.

Red River War in Indian Territory Oklahoma

In 1874 kwamen de Comanche, Kiowa, Zuidelijke Cheyenne en Arapaho in opstand. De bizons waren verdwenen en de levensomstandigheden werden steeds slechter. Ze besloten nederzettingen in het noordwesten van Texas aan te vallen. Een grote troepenmacht werd vanuit forten in New Mexico, Texas en Oklahoma ingezet om de Indianen te achtervolgen. De Red River War, ook wel Buffalo War genoemd, was een feit.

In de strenge winter van 1874-1875 werden veel Indianen gedwongen zich over te geven. Kapitein Richard Pratt kreeg in de lente van 1875 het bevel om Indiaanse opstandelingen van deze Red River War bij elkaar te drijven en hen te begeleiden naar de militaire gevangenis Fort Marion in St. Augustine, Florida.

De laatste Indianen hadden zich in juni 1875 in hun reservaat teruggetrokken.

ledger 2 red river war gevangenen
Een aantal tijdens de Red River War gevangen genomen Indianen in Fort Marion, 1875. Bron: Wikimedia Commons, publiek domein. Courtesy Yale Collection of Western Americana, Beinecke Rare Book and Manuscript Library, Image 1004474.

Van 1875 tot 1878 probeerde kapitein Richard Pratt de 72 gevangenen een westerse opvoeding te geven: ze moesten uniformen dragen, de haren werden geknipt, ze moesten Engels leren en zich bekeren tot het Christendom. De 26 jongere Cheyenne-, Arapaho- en Kiowa-mannen kregen ledger books en basisbenodigdheden om te tekenen. De tekeningen lieten het kamp- en reservaatleven zien: de ceremonies, de jacht en het oorlog voeren op de zuidelijke prairies.

Deze tekeningen werden verkocht aan toeristen.

Een aantal bekende ledger art-kunstenaars uit Fort Marion zijn Tichkematse of Squint Eyes (Cheyenne, werkte later voor het Smithsonian Institution in Washington), Howling Wolf (Cheyenne), White Bear (Arapaho) en Koba (Kiowa). Ook na hun vrijlating in 1878 bleven ze tekenen.

ledger 3 tichkematse
Ledger tekening van Tichkematse, 1879. Credit: Manuscript 290844, National Anthropological Archives, Smithsonian Institution. NAA MS 290844; NAA INV 08601600

Heropleving van ledger art

De ledger art-kunstenaars uit de 19e en begin 20e eeuw legden ook veranderingen vast die ze meemaakten, zoals treinen, en samen met etnologen culturele informatie, zoals symbolen, etnobotanische informatie en danskostuums. Missionarissen, antropologen en toeristen waren verwoede verzamelaars van deze tekeningen.

Carl Sweezy (Arapaho, 1881-1953) en Haungooah (Silver Horn; Kiowa, 1860-1940) bouwden een professionele carrière op als ledger art-kunstenaar.

In de jaren 1960 en 1970 kwam de eerste heropleving van de ledger art, in de jaren 1990 de tweede.

Tegenwoordig zijn er talrijke Indiaanse kunstenaars die ledger art-tekeningen maken en in tegenstelling tot vroeger ook vrouwen. Velen gaan op zoek naar 19e-eeuwse documenten waarop ze kunnen schilderen en tekenen. De gedrukte tekst wordt op de een of andere manier gebruikt bij de tekening die gemaakt wordt.

De huidige ledger art-kunstenaars refereren veel aan het leven voor de reservaten, maar laten ook de continuïteit zien tussen het vroegere en hedendaagse leven van de Indianen.

Enkele huidige ledger art-kunstenaars zijn Dwayne Wilcox (Oglala Lakota), Arthur Amiotte (Oglala Lakota), Dolores Purdy Corcoran (Caddo/Winnebago) en Donald Montileaux (Oglala Lakota).

Bronnen

Hirschfelder, Arlene, Indianen van Noord-Amerika. (Vianen 2002)
https://en.wikipedia.org/wiki/Ledger_art
https://www.texasbeyondhistory.net/spotlights/ledgerart/ledger-art.html

Uit: De Kiva, 2018, jaargang 55, nr. 2, blz. 47-51, © Stichting De Kiva